Dialectische gedragstherapie
De dialectische gedragstherapie (DGT) is een gestructureerd behandelprogramma waarin wordt behandeld volgens vaste protocollen. Deze gedragstherapeutische interventie is ontwikkeld door M. Linehan, voor cliënten met een borderline persoonlijkheid (BPS) en is gebaseerd op de principes van de cognitieve gedragstherapie.
In DGT worden 4 aspecten van cognitieve gedragstherapie benadrukt die in de traditionele cognitieve gedragstherapeutische aanpak minder aandacht krijgen, de nadruk ligt op:
- acceptatie van het gedrag zoals het op dat moment is
- behandelen van met de therapie-interfererend gedrag
- het belang van de therapeutische relatie
- dialectische proces: evenwicht tussen verandering en acceptatie
Het belangrijkste uitgangspunt van DGT is dat personen met BPS vaardigheden missen op het gebied van het instandhouden van relaties. Ze missen hiervoor belangrijke zelfregulerende en emotieregulerende vaardigheden en hebben een te lage frustratietolerantie. Het gebruik van gedragsvaardigheden die deze mensen wel bezitten wordt hierdoor belemmerd.
De dialectische methode richt zich zowel op de onmiddellijke gevolgen van het gedrag en de grotere context waarin dat gedrag plaatsvindt als op de onderlinge samenhang tussen verschillende gedragspatronen. De cliënt moet sociale vaardigheden aanleren.
Een belangrijke factor in de therapie is dat de patiënt zichzelf zal moeten leren accepteren en ondertussen van de noodzaak zal moeten worden doordrongen zichzelf te veranderen. De invloed van de omgeving op de patiënt is een belangrijke factor binnen de DGT